Je pup een zoekspelletje aanleren is een garantie voor vele speelmomenten in de toekomst. Samen spelen met je pup is heerlijk, niet alleen om de band tussen jullie te versterken maar ook om te zorgen dat hij zijn energie kwijt kan.
Wilde spelletjes zijn niet voor iedere hond en voor ieder moment geschikt. Daarnaast wordt een hond veel sneller moe van een spel waar hij zijn koppie bij moet gebruiken, het zogenoemde hersenwerken met je hond.
Hoe leer je je puppy een hersenwerk-spelletje aan?
Om je pup na te laten denken gaan we beginnen met het doen van zoekspelletjes.
Een zoekspelletje aanleren in enkele stappen
Eerst houd je je pup aan de lijn en laat je hem zitten. Als hij kan blijven op commando gebruik je dit. Als je puppy nog niet zover is, zorg je dat iemand anders hem even vast houdt.
Je legt ergens een koekje of een speeltje neer. Gebruik dat waar jouw pup gek op is zodat hij gemotiveerd is om te gaan zoeken. Hij moet op het begin nog kunnen zien wat je doet. Het zoeken is dan heel eenvoudig, maar dat geeft niet, je bent immers het zoekspel aan het uitleggen.
Gebruik alleen een speeltje als je puppy ook apporteert (en los laat) anders moet je het speeltje weer terug zien te krijgen en gaat de lol van het spel er al snel af.
Voor de meeste honden geldt dat een koekje het makkelijkst is om mee te beginnen.
Als je het koekje hebt neergelegd, laat je de pup los en zeg je “zoek”.
Als hij het heeft gevonden beloon je hem met je stem.
Dit blijf je eerst een tijdje doen. Je legt steeds maar 1 koekje neer en hij mag zien waar je het neerlegt. Je wisselt wel van plaats waar je het koekje neerlegt, bijvoorbeeld achter de tafelpoot, of naast een kastje. Je pup moet kunnen zien waar je het neerlegt, maar hoeft niet direct het koekje te zien liggen vanaf zijn ‘wacht-plek’. Verstop het koekje in ieder geval zo dat je pup het makkelijk zelf kan pakken, zonder dat hij iets zal omstoten of beschadigen.
Laat je pup nu echt zoeken
Als dit goed gaat, ga je 2 koekjes op verschillende plaatsen neerleggen.
Gaat dit ook goed? Dan ga je het echt moeilijker maken. Zorg nu dat hij niet kan zien waar je het neerlegt. Je zet hem bijvoorbeeld even in de gang.
Zodra je het hebt verstopt (in het begin wel op de plaatsen die je eerder ook gebruikte) laat je hem uit de gang en zeg je meteen “zoek”
Je kunt dit steeds moeilijker maken door op verschillende plaatsen te gaan verstoppen.
Langzamerhand leert hij zijn neus te gebruiken en kan je het op de gekste plekken gaan verstoppen!
Veel plezier!