Plassen in huis, op je mooie vloerkleed of zelfs in je nieuwe sportschoenen. Er zijn genoeg puppy-eigenaren die zich radeloos afvragen waar het mis gaat! In dit artikel vind je dé 7 redenen waarom je pup nog niet zindelijk is. Onder puppy-eigenaren gaan vaak de meest stoere verhalen rond: ‘Mijn puppy was al zindelijk met 8 weken!’
‘En de mijne had slechts 1 ongelukje in de eerste 6 maanden!’
En dat terwijl jij je voelt of je de hele dag met keukenrol, schoonmaakmiddelen, emmers en dweil aan het werk bent… zucht….
De meeste verhalen zijn erg aangedikt, dus je puppy is volstrekt normaal als hij nog een ‘ongelukje’ heeft in het eerste jaar. Maar: zindelijkheid moet een puppy wel leren, en er zijn redenen als dit niet (zo snel) lukt.
Ik heb hier 7 belangrijke redenen voor je verzamelt:
1. Ruimte
Het is natuurlijk heerlijk als je pup overal rond kan scharrelen en ‘s nachts zijn eigen plekje kan zoeken om te slapen. Tijdens het zindelijk maken kan dat een valkuil zijn. Als de ruimte wat beperkter is kan je hem ten eerste beter in de gaten houden. Hij heeft maar 2 seconden nodig om een plas achter je bank te deponeren. Het is dus handig om hem niet door het hele huis te laten lopen maar bijvoorbeeld tussendeuren dicht te houden of een hekje te plaatsen als dat mogelijk is.
Daarnaast kan hij ’s nachts in een bench minder beweeglijk zijn en hierdoor niet rond gaan lopen. Hij kan dus geen plekje gaan zoeken om zijn behoeften te doen. Ook wordt zijn spijsvertering minder gestimuleerd als hij rustig ligt.
2. Te ver wandelen met je pup
Je hebt al helemaal zin in je hondje, heerlijk wandelen en de buurt verkennen met je nieuwe kleine vriendje. In de eerste weken kun je het beter iets dichter bij huis houden in je uitlaatrondes. Je pup moet nog leren dat hij ‘het’ buiten moet doen. Als hij steeds op een nieuwe plek komt, is het avontuur zo groot dat hij niet ontspannen genoeg is om te gaan zitten plassen of poepen.
Zodra je puppy thuis komt, is hij dat wel. Grote kans dat je na je ronde van een half uur dus een verrassing in de gang krijgt! Zoek een plekje heel dichtbij huis op, bijvoorbeeld een grasveldje aan de overkant. Hier blijf je steeds net zo lang staan totdat je puppy alles heeft gedaan, of in ieder geval heeft geplast. Deze plek wordt voorlopig zijn toilet. Je puppy weet dat hij daar wat moet doen en pas daarna gaat de ontdekking van de buurt beginnen. Na dat rondje kom je dan weer terug op zijn vaste plekje. Hier kan je pup nog even “bedenken” of hij nog wat moet doen voordat je weer naar binnen gaat.
3. Voeding voor je Pup
Er zijn veel verschillende soorten hondenvoer op de markt. Ik ga in dit artikel niet uitgebreid in op wat goed of slecht is maar leg je alleen even uit wat dit met de zindelijkheidstraining te maken heeft.
Een hond die brokken eet, drinkt over het algemeen meer dan een hond die vers vlees eet. De brokken zijn droog en bevatten helemaal geen vocht. Hierdoor moeten ze daar meer bij drinken. Meer drinken is meer plassen. Van brokken hebben honden over het algemeen ook een stuk meer ontlasting, zeker van de brokken met granen. Dan zijn er ook nog brokken die zout bevatten. Daar drinken ze helemaal veel van en deze wil je sowieso vermijden.
Vers vlees zorgt dus voor de minste ontlasting en minder plassen, vervolgens komen de brokken zonder granen en daarna de brokken met granen.
Je kan het jezelf dus een stuk makkelijker maken door voor een goede voeding te kiezen.
4. Afleiding
Zoek buiten een zo rustig mogelijk plekje uit als toilet. Daar kan je pup rondsnuffelen en zijn behoeften doen. Je zit er natuurlijk niet op te wachten dat hij steeds afgeleid wordt door andere honden, kinderen, etc. Als puppy net wil gaat zitten en de school waar je naast staat heeft net pauze kan je fluiten naar het plasje!
5. Tijd
Houd er rekening mee dat het je zeker een aantal weken gaat kosten om de kleine zindelijk te maken. Dat betekent dat je hier ook tijd voor vrij moet maken. Je puppy moet het niet alleen nog leren maar zijn lichaam is er ook nog niet helemaal klaar voor. Een volwassen hond kan het best lang ophouden maar een pup absoluut niet. Om de beste training te kunnen geven, zal je de eerste tijd echt ieder uur naar buiten moeten. Als dat goed gaat, verschuif je het naar 1,5 uur en zo ga je steeds een stapje verder.
6. Puppy met buikpijn
De combinatie van nieuwsgierigheid en kwetsbaarheid zorgt nogal eens voor problemen. Pups ontdekken alles met hun bek en stoppen hier regelmatig dingen in die niet voor consumptie geschikt zijn. Hierdoor kunnen ze diarree krijgen en erg ziek worden. Dat komt je training natuurlijk niet te goede.
Het is heel belangrijk om goed op te letten wat je puppy pakt. Sommige dingen zijn niet alleen vervelend maar ook echt gevaarlijk en giftig. Probeer hem af te leiden met een speeltje of een koekje en beloon hem voor het loslaten.
Ook virussen en parasieten liggen op de loer. Socialiseren met andere honden is erg belangrijk maar vermijdt de drukke uitlaatvelden waar iedereen met z’n hond komt in de eerste weken.
Niet alleen van dingen op straat of virussen kan hij ziek worden. Het veranderen van voer, nieuwe koekjes of kluifjes kunnen ook een boosdoener zijn. Stap nooit ineens over naar een ander voer en houd de hoeveelheid koekjes onder controle.
7. Smartphones
Telefoons, computers, televisie…. Wat hebben ze met de zindelijkheid van de pup te maken? Heel veel!
Een succesvolle training valt en staat met de toewijding van de baasjes. Door kleine signalen op te pakken, kan je op tijd zijn om je hondje buiten te zetten. Zo boek je steeds meer succes, kan je het gewenste gedrag goed belonen en snapt hij heel snel wat je bedoeling is.
Doordat we zelf vaak afgeleid zijn door onder andere onze telefoon missen we de kleine hints regelmatig. Het is een kwestie van seconden! Je puppy snuffelt aan de grond, draait een halve slag en daar zit hij! Als je die eerste snuffel goed interpreteert en goed oplet, kan je hem dan direct mee naar buiten nemen en een daverend applaus geven als hij daar zijn plas doet. Nee, je staat niet voor gek. Iedere hondeneigenaar zal met een glimlach naar je kijken en terugdenken aan de puppy-tijd van zijn eigen maatje.