5 dingen die je nog niet wist over hondenvoer
Over hondenvoer valt veel te schrijven, wetenschappelijke informatie, vlotte reclameboodschappen, en ervaringen uit de praktijk. In mijn opleiding tot Voedingsadviseur voor honden en katten kom ik zo veel tegen, dat ik daar alleen al een website over zou kunnen volschrijven.
Ik ga jou, als lezer, natuurlijk niet overspoelen met een hele berg aan informatie, dus ik heb in dit artikel 5 bijzondere weetjes verzameld die je wellicht nog niet wist over hondenvoer. Hier komen ze:
1. De meest gemaakte fout bij het voeren van je hond: iedere dag hetzelfde!
Honden zijn meestal geen moeilijke eters, van nature kauwt een hond niet veel, en schrokt eigenlijk direct zijn voerbak leeg. Dat maakt de meeste honden ook makkelijke kostgangers: als je iets in de bak doet, gaat het meestal wel op.
Maar wat doen nu de meeste eigenaren: die geven de hond dag in, dag uit hetzelfde voer. Jaar in, jaar uit. Vaak kiezen ze voor hetzelfde merk en type brok, of misschien blikvoer. en dat krijgt de hond dan de rest van zijn leven.
Als jij jouw hond vers vlees, of een vers samengestelde maaltijd geeft, zal je waarschijnlijk wèl variëren, maar de meeste mensen voeren hun hond brokken.
Waarom is dat erg? Nou, stel je voor dat je jouw baby (peuter/kind) gedurende de eerste 18 jaar van zijn leven iedere dag een potje eten geeft dat een menu bevat met broccoli, rundvlees & rijst.
Best gezond, toch?! Maar als je dit iedere dag geeft, klinkt het ineens minder goed, nietwaar? Want voor onszelf weten we dat variatie in het eten nodig is, waarom? Simpelweg omdat je op die manier geen tekorten in de voeding krijgt. De verschillende soorten eiwitten, vetten en koolhydraten zorgen dat ons lichaam van alles genoeg binnenkrijgt. Met een eenzijdig dieet zijn tekorten op termijn onvermijdelijk. Bovendien belast je de organen steeds op dezelfde manier met dezelfde bijproducten en afvalstoffen in het voer.
Zou dit voor onze hond anders zijn? Nee dus! En dus is het eigenlijk heel raar, en ongezond, dat we iedere dag hetzelfde geven.
Beter is dus om af en toe af te wisselen: van vleesbron (niet altijd rundvlees…), maar ook van de rest van de samenstelling. Als je blikvoer geeft: varieer dan altijd binnen het type voer met de smaken, of varieer zelfs tussen een aantal merken.
Bij brokken is het ook altijd beter om af te wisselen en niet altijd dezelfde zak brokken te kopen.
Nu hoef je niet meteen 7 type brokken te gaan zoeken om voor iedere dag iets anders te geven (daar krijgen veel honden ook buikpijn van), maar blijf in ieder geval niet maandenlang op dezelfde type voer ‘hangen’.
2. Bitter, Zuur, Zout of Zoet, de voorkeur van de hond is:
Tegenwoordig kennen we 5 smaakpapillen: Zuur, bitter, Zout, Zoet en Umami (=hartig)
Wij mensen hebben vaak één of enkele voorkeuren, maar wist je dat honden ook een voorkeur hebben?
Honden kiezen voor zoet!
Dat betekent dat honden het liefst kiezen voor een zoetere maaltijd of snack. En dat weten voerfabrikanten ook: wees dus niet verrast als je op de etiketten van brokken of snacks ergens suikers ziet staan (meestal in een meer technische term als fructose of als E-nummer)
En katten? die proeven geen zoete smaak! Maar hebben wel een voorkeur: voor Umami.
3. Hondenvoer helder? Ik dacht het niet!
In de dierenwinkel kies je voor jouw hond het beste voer dat past bij jouw leefsituatie, jouw hond en jouw budget. En tegenwoordig kiezen de meeste mensen voor het gemak van brokken, of soms voor blikvoer.
En het meeste soorten hondenvoer worden gemaakt door bedrijven met een naam. Grote multinationals, of iets kleinere Nederlandse bedrijven, maar allemaal bedrijven die bekend zijn.
Maar wat zit er nu werkelijk in zo’n zak voer?
Om een etiket te kunnen snappen moet je de opleiding levensmiddelentechnologie gevolgd hebben. Misschien dat jij het meteen snapt, maar ik was altijd al hopeloos na de eerste regel op het etiket. Dus besloot ik vroeger vooral te kiezen op basis van de leuke foto 🙂
Natuurlijk komen fabrikanten met een coole slogan: dat er weide-fris rund in zit, of vers gevangen zalm… (je ziet die vis al bijna uit het water springen, nietwaar).
Daar zit de verleiding. Maar wist je dat de fabrikant heel veel ingrediënten niet hoeft te melden? En dat dit niet altijd de mooiste ingrediënten zijn? Om een voorbeeld te noemen: er bestaan genoeg brokken die gebruik maken van gebruikt frituurvet om hun vetgehalte te krijgen. Ik hoef je, denk ik, niet uit te leggen hoe ongezond dit is.
Kortom: het is helemaal niet helder wat er precies in het voer zit, helaas. Het zou mooi zijn als fabrikanten daar wat meer duidelijkheid in zouden geven.
4 Hondenvoer is te goedkoop!
Dit klinkt misschien heel maf, maar ik probeer het uit te leggen. De productie en verkoop van hondenvoer is een grote commerciële branche. Dit betekent vele miljoenen euro’s omzet en winsten per jaar. Op zich heb ik hier geen moeite mee: zo werkt onze markteconomie, en vaak hebben de consumenten daar ook voordeel van.
Onderling is er ook veel concurrentie: er wordt met grote marketingbudgetten gestreden om de aandacht van jou en mij, in de hoop dat wij klant worden en blijven. Maar in die concurrentie gaat het ook om de prijs!
Brokken of blikvoer-fabrikanten moeten hun grondstoffen zo goedkoop mogelijk zien te vinden op de wereldmarkt, en ze wringen zich vaak in allerlei bochten om hun voer voor een goede prijs te kunnen aanbieden: als ze te duur zijn is de kans immers groot dat de klant naar de concurrent gaat.
En hier zit een probleem: veel van de kant-en-klaar hondenvoersoorten worden onder druk van die prijs gemaakt met minder goede ingrediënten.
Een rekensommetje:
Als je bedenk wat een kilo vlees kost, laten we zeggen: 5 euro (Redelijk, toch?). Deze kilo is gedroogd niet meer dan 300 gram in gewicht (70% is vocht).
Stel dat je in de maaltijd 70% vlees wilt, en 30% overige ingrediënten (wat voor een hond minimaal nodig is). En we hebben het over een zak brokken van 10 kilo.
Deze zak zou dus 7 kilo gedroogd vlees moeten bevatten: dat is ruim 23 x 5 euro = 115 euro !
Je hoeft geen wiskundige te zijn om te weten dat een zak brokken in de winkel veel goedkoper is. En dat is eigenlijk zorgwekkend: want de vraag is dan: als het zo goedkoop is: wat zit er dan precies in?
En misschien denk je nu: ja.. maar ik heb geen zin om meer geld aan hondenvoer uit te geven!
Dat snap ik ook wel, maar heb je bedacht dat je jouw hond er misschien te kort mee doet? Dat jouw hond niet de nodige voeding binnenkrijgt? Niet in een maandje of half jaar op dit voer, maar dat ziekten en aandoeningen hieruit kunnen voortkomen?
Dat wil je natuurlijk ook niet, lijkt mij.
Dus: het is eigenlijk helemaal niet zo gek dat goed hondenvoer simpelweg wat duurder is.
Hoe zit dit bij het voer dat jij voor jouw hond koopt? Klopt de prijs met wat erin zou moeten zitten? Of lijkt het te mooi om waar te zijn? Ikzelf had daar jarenlang geen idee van, maar nu verbaast het mij vooral
5. Hoe minder ontlasting, hoe beter het voer!
Ja, zo simpel kan het ook zijn, de vraag is: hoeveel poept jouw hond?
En natuurlijk zal je hond meer poepen als hij meer eet, maar er is wel een verband. Alles wat een hond kan verteren, en gebruikt voor zijn energie en voor de benodigde celopbouw haalt de hond uit het voer. En wat niet te verteren valt gaat via de ontlasting weer eruit.
Dus even simpel gezegd: hoe meer er uit het voer te halen valt, hoe beter het voer dus te verteren is, hoe minder ‘afval’ er via de ontlasting komt.
Hoe zit dit bij jouw hond? Hoeveel gram voer krijgt hij of zij per dag? En hoeveel gram denk je dat je in een poepzakje raapt?
Tot zover de 5 ’wist-je-dat’ onderwerpen over hondenvoer. En vooruit, nog een uitsmijter voor de katteneigenaren:
6 De meeste katten staan droog!
Ik zeg het je eerlijk, ik weet (bijna) niets van katten. Maar: de opleiding tot voedingsdeskundige gaat over honden én katten. Bere-interessant, want onze huiskatten zijn heel bijzondere dieren, ook als het over voer gaat.
En als jij een kat hebt, heb ik een belangrijk onderwerp voor je:
Staat jouw kat ook droog? Want dit kan levensbedreigend zijn!
Wat ik bedoel: de meeste katten drinken weinig. Van nature haalt een kat zijn vocht uit zijn eten (een prooidier in het wild bevat gauw 70% vocht).
Als jouw kat thuis brokjes krijgt is de kans heel erg groot dat je kat chronisch te weinig drinkt, gedehydreerd is dus.
Dat merk je misschien niet direct, maar de gevolgen kunnen rampzalig zijn: De urine wordt te geconcentreerd, er kunnen struvitstenen, of blaasstenen ontstaan, de nieren krijgen problemen en voor je het weet heeft je kat nierfalen.
Steeds meer oudere katten krijgen deze klachten, en grotendeels is het een gevolg van jarenlang droge brokken. Dus: als je iets goed wilt doen voor jouw huistijger: zet hem of haar dan over op een natvoer (blikvoer of vers). En ja: ik snap ook dat dit bij een kat niet zo gemakkelijk is, en veel geduld vraagt. Als je kat gewend is aan brokjes willen ze vaak niet anders. Maar het is wèl de moeite waard voor een langer en gezonder kastenleven!
En, zaten er nieuwe weetjes bij? Of was je al helemaal op de hoogte 🙂
Ik hoop dat ik jou als hondenbaasje kan inspireren en kan helpen bij een gezonde keuze voor jouw viervoeter.
Vragen of opmerkingen? Laat het hieronder weten, dat wordt altijd gewaardeerd.